Wat je moet weten als je naar Thailand gaat

Thailand, het land van de glimlach. In oktober 2018 hebben wij hier twee weken mogen spenderen. Vooraf aan deze reis hebben wij aardig wat dingen uitgezocht en gepland. Om jullie dit te besparen, delen we een overzicht van alles wat je moet weten als je naar Thailand gaat.

Taal en geld
In Thailand spreken de inwoners Thai. Toch viel het ons op dat veel Thaise mensen ook wel redelijk Engels spreken of het in ieder geval proberen. Zeker in Bangkok spraken veel mensen Engels en ging communiceren erg makkelijk. Buiten Bangkok was dit minder, maar met gebaren en een beetje Engels kom je een heel eind!
In Thailand betaalt men met de baht. Één euro is omgerekend ongeveer 40 baht. Baht kan je uiteraard hier in Nederland krijgen via een wisselkantoor, maar dan betaal je wel veel meer. De goedkoopste manier om aan Baht te komen, schijnt te zijn door in Thailand euro’s (briefgeld) te wisselen. Dit vonden wij toch iets teveel gedoe. Wij pinnen eigenlijk altijd het lokale geld gewoon bij het vliegveld, als we aankomen op onze bestemming. Per keer pinnen in Thailand betaal je wel 200 baht (€5,00) aan servicekosten. Je kan dus beter één keer een groot bedrag pinnen dan meerdere keren kleine bedragen. Vergeet niet je pinpas op ‘wereld’ te zetten in plaats van ‘Europa’, anders kom je helemaal niet ver!

Inentingen en visum
Voor Thailand hoef je van tevoren geen visum aan te vragen. Bij aankomst op het vliegveld krijg je een gratis visumvrij entree voor 30 dagen. Let er wel op dat je paspoort nog minstens 6 maanden geldig is en 2 vrije bladzijdes heeft! Voor Thailand zijn geen verplichte vaccinaties. Wel worden Hepatitis A en DTP aanbevolen. Als je langer dan drie maanden in Thailand blijft, worden ook hepatitis B, rabiës (=hondsdolheid) en in sommige gevallen tuberculose aangeraden. Malaria komt in sommige delen van Thailand voor. Ga naar de GGD om voor jouw reis te bespreken wat je nodig hebt aan vaccinaties en eventueel malariapillen.

Simkaart en stekkers
Internetten buiten Europa kost je natuurlijk een fortuin via je Nederlandse provider. Om deze reden hadden wij net als in Zuid-Afrika een lokale simkaart gekocht. Voor 599 Baht (ongeveer €15,-) hadden wij twee weken lang (onbeperkt?) internet. Zo’n simkaart is makkelijk te koop op het vliegveld, waar gelijk alles voor je wordt geregeld.  Wij hadden dit gedaan bij Truemove, binnen twee minuten was het gepiept en konden we alweer whatsappen met het thuisfront.
Laat die wereldstekker maar lekker thuis. Hoewel ze in Thailand meerdere verschillende soorten stekkers hebben, passen onze Nederlandse stekkers ook gewoon in het stopcontact. Wij zijn het niet tegengekomen, maar mocht het niet passen kan je voor omgerekend €0,50 ter plekke een stekker kopen.

Fooi
Dit vinden wij altijd weer een dingetje op vakantie. Wat is normaal in het land waar je op dat moment bent? Je wilt niet te weinig geven, want dan lijk je gierig en alsof je het niet waardeert. Van de andere kant is teveel fooi geven ook weer niet goed. In Thailand gaven wij meestal rond de 20 Baht aan bijvoorbeeld schoonmakers en hotelpersoneel dat je helpt met de koffers. Ritjes in de taxi op de meter rondden wij meestal af naar boven, zodat het 10 of 20 baht meer werd. Dit deden we alleen als we op de meter reden, als er een bedrag was afgesproken voor het ritje, gaven we geen fooi. We gingen ervan uit dat we dan toch al teveel hadden betaald 😉 Voor een lange transfer gaven wij 100 baht fooi, waar de chauffeur erg verbaasd maar heel dankbaar op reageerde. Ook onze gidsen tijdens een excursie konden rekenen op 100 baht per persoon (per dag). We merkten dat er eigenlijk niet werd gerekend op een fooi, maar dat het wel erg werd gewaardeerd iedere keer!

Beleefd zijn
Thaise mensen zijn ontzettend vriendelijk en beleefd. Zo vriendelijk en beleefd zelfs, dat er in het Thais geen woord voor ‘nee’ is. Letterlijk zeggen Thaise mensen dan ‘geen ja’, maar, dus ook geen nee! Daarnaast proberen Thaise mensen je ook zoveel mogelijk te helpen. Als je de weg aan ze vraagt en ze weten het niet, zullen ze dit niet snel zeggen. Het kan dus zomaar dat je dan gewoon de verkeerde kant op wordt gestuurd! Probeer als toerist dus ook altijd vriendelijk te blijven, schreeuwen/schelden kan echt niet. Beledig daarnaast nooit de koning, hiervoor kan je in de gevangenis belanden! Richt daarnaast nooit je voeten naar iemand of naar een Boeddha beeld, want je voeten zijn het laagste van je lichaam en dus onrein. Als vrouw zijnde mag je verder nooit een monnik aanraken.

Maak NOOIT een ritje op de rug van een olifant
Voor onze reis waren we ons gelukkig al bewust van het leed dat hierachter schuilt. Om een krachtig dier als een olifant namelijk zo ver te krijgen dat hij tam wordt en luistert naar de mens, is heel wat geweld nodig. Dit begint al als de olifant nog klein is. De olifant wordt als baby weggehaald bij de familie, hierna wordt zijn ziel gebroken, ook wel ‘The Crunch’ genoemd. Door middel van allerlei pijnprikkels wordt de olifant onderdanig gemaakt. Hij wordt opgesloten in een kleine ruimte zonder familie, eten, drinken maar met heel veel pijn. Met messen, stokken en haken wordt de olifant net zo lang mishandeld totdat hij doet wat de mahouts van hem willen. Dit kan soms wel weken duren, als ze het al overleven…

Een hartverscheurend verhaal, dat helaas in stand wordt gehouden door onwetende toeristen die het een bijzondere ervaring vinden om op een olifant te rijden. Begrijpelijk, maar één bijzondere ervaring voor de mens zou nooit een leven lang van een dier mogen ruineren. Een goed alternatief om dan toch een bijzondere ervaring met wilde dieren op te doen? Een Rescue centre! In ons blog over WFFT kan je uitgebreid lezen over onze ervaringen met vrijwilligerswerk met wilde dieren in Thailand. Of ga de dieren lekker bekijken in hun natuurlijke omgeving, zoals in Khao Yai National Park.

 

 

 

 

 

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *